Zaagtafels bekeken voor het gebruik op de bouw en in het prototypelab

Ik maak nogal eens behuizingen en bekistingen van hout. Prototypes, beschermende kisten, opbergdozen, dat soort werk. Als ik er speciaal hout voor ga halen, dan laat ik de bouwmarkt de onderdelen op maat zagen. En anders zaag ik met de hand: ik heb een praktische collectie kapzagen, handzagen en Japanse trekzagen. Lijnen trek ik langs de lineaal, winkelhaak of waterpas. Gaat meestal wel goed.

 
Aan gereedschap heb ik verder een decoupeerzaag, een handcirkelzaag en een bovenfrees. Alledrie gebruik ik weinig: de decoupeerzaag doet niet aan rechte lijnen, de handcirkelzaag gebruik ik voor het grove werk zoals wanden en vloeren en ik maak zelden of nooit freesranden aan hout. Boren doe ik met twee handboormachines en een mooie verzameling hout- en metaalboren.

Er zijn dingen die ik wil maken waarvoor mijn huidige technieken en gereedschappen ontoereikend zijn. Zo vind ik het moeilijk om nauwkeurig grote stukken plaatmateriaal te zagen. Het lukt me uiteindelijk wel, met handzaag en soms de cirkelzaag, maar het is een gedoe. In de video’s van Bob zie ik hem enthusiast gebruik maken van zaagtafel, afkortzaag en freestafel. Van de video’s van timmerman Koos leer ik echter ook dat je voor veel klussen handige hulpstukken kunt maken en niet altijd je toevlucht hoeft te zoeken naar nieuw gereedschap.

Handcirkelzaag met geleiderail

Toen ik op zoek ging naar een zaagtafel kwam ik bij het lezen van reviews en ervaringen de opmerking tegen dat “grotere breedtes dan 45 centimeter toch over het algemeen met een handcirkelzaag worden gedaan.” Hm. Dat doe ik zelf ook, maar een rechte zaagsnede over een lengte van een meter of twee is nog niet zo eenvoudig: afmeten, lijn trekken, lijn – recht – volgen met de cirkelzaag. Hoe doet een professional dat? En ik lees ook veel mensen, die met een bovenfrees een (al dan niet tijdelijke) freestafel hebben gemaakt waar ze tandverbindingen mee maken. Is er dan een handiger manier om plaatmateriaal te zagen?

Blijkt dat er best een goedkoop alternatief is, in de vorm van een geleiderail voor de handcirkelzaag. Een geleiderail is een brede aluminium lat waar de cirkelzaag aan vast geklikt kan worden. De geleiderail wordt gepositioneerd waar de zaagsnede moet komen en vastgezet. De cirkelzaag wordt nu langs de geleiderail bewogen en een nauwkeurige zaagsnede is een feit. Ieder merk cirkelzaag heeft z’n eigen geleiderails en binnen hetzelfde merk zijn er ook verschillende oplossingen. Bosch noemt al haar geleiderails ‘FSN’, ondanks het feit dat er tenminste drie niet-uitwisselbare types zijn.

f-gabrielli-master
Bosch GKS 54 CE met geleiderail FSN 140 en zwarte glijvoet

Ik heb een Bosch handcirkelzaag type GKS 54 CE. Hiervoor zijn geleiderails in twee lengtes, de FSN 70 en FSN 140, van 70 en 140 centimeter. Voor mijn cirkelzaag is een adapterbeugel of een glijvoet nodig; voor nieuwere cirkelzagen hoeft dat vaak niet meer en voor die zagen wordt dan een ander type geleiderrail zoals de FSN 800 of FSN 1600 gebruikt. Geleiderails zijn niet goedkoop, maar in vergelijking met een goede zaagtafel scheelt het toch een hele hoop en de resultaten kunnen goed zijn. Ik ga eens experimenteren, als ik de adapterbeugel voor mijn GKS 54 CE ergens kan vinden.

Zaagtafels

Ik heb een onderzoekje gedaan naar een goede verplaatsbare zaagtafel om plaatmateriaal nauwkeurig op maat te kunnen zagen. Het plaatmateriaal dat ik gebruik heeft standaard afmetingen van 61×122 cm in diktes van een 4 tot ongeveer 19 millimeter. Ik wil stukken kunnen zagen van ruwweg 1 tot 60 centimeter breedte, tot op de tiende millimeter nauwkeurig, in ieder hoek tussen 45 en 90 graden nauwkeurig instelbaar.

Om plaatmateriaal van 122 cm in willekeurige stukken te kunnen zagen is idealiter een maximale zaagbreedte van de helft, 61 cm, noodzakelijk. Je kunt tenslotte het plaatmateriaal omdraaien om een klein stukje te zagen. Maar meestal gaan er kleinere stukken van de plaat af dan 61 cm, dus met een wat kleinere maximale breedte zal vaak ook voldoen, maar dus niet altijd.

Ik vind het niet erg om de instellingen nog een keer na te moeten meten, als de zaagsnede maar nauwkeurig op de geplande plek komt. Als het een beetje kan zou ik verplaatsbaarheid waarderen. Ik heb de volgende zaagtafels bekeken:

  • De Bosch PTS 10 heeft een dubbel klemmende parallelgeleider van 0 tot 18 centimeter. De tafelverbreder heeft parallelaanslag waarmee materiaal van 14 tot 52 centimeter kan worden gezaagd. Stevige standaard maar mobiele standaard is wiebelig en kost extra. Alleen standaard dikte zaagbladen en niet voor een groefzaag en dus geen mogelijkheid tot het maken van tandverbindingen. Prijsgunstig (ca. 350 euro)
  • De Makita 2704 lijkt een perfecte machine in alle opzichten, behalve misschien de prijs. Een glad werkoppervlak, veel instelmogelijkheden en een dubbelklemmende parallelgeleider. Heel prijzig
  • De Metabo TS254 heeft de beste eigenschappen en is iets goedkoper dan de Makita 2704. Handig inklapbaar onderstel
  • De DeWalt DW744XP is niet meer leverbaar en dat is jammer, want de tandheugelgestuurde parallelgeleider behoort tot de absolute top

In de categorie ‘superieure verplaatsbaarheid’ zijn er drie interessante opties, die evenwel allemaal flink aan de prijs zijn:

  • De Makita MLT100 oog professioneel en stevig. Gebruik van een groefzaag (‘dado’) behoort tot de mogelijkheden. De parallelgeleider klemt maar aan één kant en dat helpt een precieze parallelgeleiding niet. Met tafelverbreding is een maximale breedte van het te zagen materiaal van zo’n 70 centimeter mogelijk. Stevig aan de prijs (ca. 600 euro)
  • De Metabo TS216 is inklapbaar, lichtgewicht en gemakkelijk verplaatsbaar. De parallelaanslag klemt op beide zijden. De maximaal instelbare breedte van de parallelgeleider is niet meer dan een centimeter of dertig. De grotere broer, de TS254, is zwaarder maar heeft, net als de MLT100, een tafelverbreding waar de parallelgeleider op vastklemt. De TS216 is gemiddeld geprijsd
  • De DeWalt DW745 (ca. 600 euro) en de Bosch GTS10 hebben vergelijkbare eigenschappen. De GTS10 heeft de mogelijkheid voor een groefzaag van 1,27 cm en een maximale instelbare breedte van 45 centimeter voor de parallelgeleider; de DW745 kan werkstukken tot 50 cm aan (60 centimeter bij verplaatsen van de parallelgeleider). De GTS10 heeft een stevig onderstel

In de volgende tabel heb ik de bevindingen weergegeven. Het valt me op dat alle merken niet heel transparant zijn over de maximale breedte waarop je de parallelgeleider in kunt stellen, terwijl dat in mijn ogen één van de belangrijkste kenmerken van de zaagtafel is. De Bosch PTS 10 is de enige zaagtafel met twee parallelgeleiders: tot een breedte van 15 centimeter gebruik je de ene, en wil je breder zagen dan gebruik je een hulpstuk van de tafelverbreder. Bij alle andere zaagtafels wordt de parallelgeleider ook op de tafelverbreding toegepast. De Makita MLT100 is de enige zaagtafel met een parallelgeleider die slechts aan één kant vastklemt. Bij de andere zaagtafels klemt de parallelgeleider aan beide kanten, zodat er geen beweging in komt bij het zagen. Niet alle tafels worden standaard met een onderstel geleverd. De onderstellen zijn verschillend van kwaliteit: de meeste zijn stabiel genoeg, maar sommige kun je heel handig opklappen zodat de zaagtafel gemakkelijk verplaatst of opgeborgen kan worden. De Makita MLT100 en de Metabo TS254 zijn de enige zaagtafels waar je met de parallelgeleider een plaat van 61×122 cm kunt halveren.

Merk en typePrijsZaagbreedteZaagdiepteOpmerkingen
Bosch PTS 10€ 369,-15 cm/52 cm7,5 cm+ Parallelgeleider dubbelklemmend
+ Inclusief stabiel onderstel
– Parallelgeleider tot 18 cm
– Niet geschikt voor brede groefzaag
Makita 2704€ 950,-63 cm9,3 cm+ Parallelgeleider dubbelklemmend
+ Veel scherpstelmogelijkheden
– Behoorlijk aan de prijs
Metabo TS254€ 893,-63 cm8,7 cm+ Parallelgeleider dubbelklemmend
+ Inklapbaar onderstel
DeWalt DW744100062 cm + Parallelgeleider tandheugelsysteem
+ Geschikt voor groefzaag
– Niet meer leverbaar (tweedehands?)
Makita MLT100€ 513,-63 cm9,1 cm+ Geschikt voor brede groefzaag
– Parallelgeleider enkelklemmend
– Werkblad niet vlak
Met onderstel € 620,-
Metabo TS216€ 565,-42 cm6,3 cm+ Parallelgeleider dubbelklemmend
Met onderstel € 592,-
DeWalt DW745€ 633,-51 cm/61 cm7,7 cm+ Parallelgeleider dubbelklemmend
+ Extra geleider voor breed plaatmateriaal
+ Tot 60 centimeter breedte
– Niet geschikt voor brede groefzaag
Met onderstel € 750,-
Bosch GTS10€ 739,-45 cm7,9 cm+ Parallelgeleider dubbelklemmend
+ Geschikt voor brede groefzaag
Met onderstel € 950,-

De foto’s hieronder geven de zaagtafels in uitgeklapte toestand weer en zoveel mogelijk zonder onderstel.

 
Het kiezen van een nauwkeurige, veelzijdige zaagtafel die ook nog eens niet al te veel ruimte inneemt is moeilijk. De prijs speelt natuurlijk een belangrijke rol en dan moet je vaststellen dat de duurdere types betere prestaties kunnen leveren dan de iets goedkopere. Toch is prijs geen garantie voor een betere kwaliteit; de duurdere Makita MLT100 legt het toch af tegen de Bosch PTS 10.

Ik heb uiteindelijk gekozen voor een DeWalt DW745 (€600,-). De nauwkeurigheid hiervan heeft me zelfs positief verrast. Wat me tegenvalt is de enorme stroompiek die onstaat als je de tafel aanzet: mijn automatische stofafzuiging moet niet tegelijk opstarten want dan valt de 16A groep uit. En gehoorbescherming is een absolute verplichting. Iets van een stroompiek-opvanger of opstart-verdeler moet nog maar eens geknutseld worden.

Ik heb de zaagtafel in eerste instantie gemonteerd op een oude Workmate, waarvan ik de poten dichtgeklapt laat staan. De werkhoogte is dan perfect en het geheel is eenvoudig verplaatsbaar in mijn werkplaats. Toch had ik voor de prijs een onderstel meegeleverd willen zien. Uiteindelijk ben ik toch voor de uitklapbare bijpassende standaard DW7451 van DeWalt gegegaan. Omdat er tegenwoordig een nieuw model verkocht wordt, kon ik de DW7451 goedkoop op Marktplaats scoren.

DeWalt inklapbaar onderstel DW7451 voor DW745, waar de zaakmachine vast op verankerd kan worden zodat een degelijk geheel ontstaat

Hieronder enkele voorbeelden van werkstukken die ik met de DW75 heb geconstrueerd. Kenmerkend is de hoek van 45 graden waarmee ik plank- en plaatmateriaal zaag: dat maakt constructies zonder zichtbare randen mogelijk, zowel hele kleine voorwerpen (doosje 10×10 cm) als grotere (tafelpoten van steigerhout).

Internet snelheidstest met Raspberry Pi

Om eenduidig de snelheid van een internetaansluiting vast te stellen zijn er verschillende meetmethoden. Eén hiervan is het gebruik van speedtest.net, een website waarmee de download- en uploadbandbreedte van een internetaansluiting kan worden gemeten.

Schermafdruk 2016-02-21 08.30.28

Deze vorm van internet snelheidsmeting is ook beschikbaar om periodiek vanaf een Raspberry Pi uit te voeren, in de vorm van speedtest-cli. Dit script heeft dezelfde functionaliteit als de interactieve meting via de website van speedtest.net, maar kan op een Raspberry Pi met bijvoorbeeld cron automatisch worden uitgevoerd. Installeer speedtest-cli als volgt:

wget https://raw.github.com/sivel/speedtest-cli/master/speedtest_cli.py
chmod a+rx speedtest_cli.py
sudo mv speedtest_cli.py /usr/local/bin/speedtest-cli
sudo chown root:root /usr/local/bin/speedtest-cli

Je kunt nu de snelheidstest handmatig opstarten met speedtest-cli:

pi@raspberrypi:~ $ speedtest-cli
Retrieving speedtest.net configuration...
Retrieving speedtest.net server list...
Testing from KPN...
Selecting best server based on latency...
Hosted by CJ2 Hosting & Development (Groningen) [2.06 km]: 54.695 ms
Testing download speed...
Download: 20.82 Mbit/s
Testing upload speed...
Upload: 1.71 Mbit/s

Om de meetwaarden in een bestandje te bewaren heb ik het volgende shell-script geschreven:

date +"%d-%m-%Y %T" >> /home/pi/speedtest.output; ip link | grep "state UP" | awk -F ":" '{print $2}' >> /home/pi/speedtest.output; /usr/local/bin/speedtest-cli | egrep 'Download|Upload' >> /home/pi/speedtest.output;
tail -4 speedtest.output

Dit script heb ik in de cron tabel opgenomen om ieder half uur een meting uit te voeren. Ik voer de metingen zowel bedraad, direct aan het modem, als op verschillende plaatsen draadloos uit om de effecten van meervoudige wifi-toegangspunten te bepalen.

High-end Intel-processor-gebaseerde Windows Game PC bouwen

Ik moet eraan geloven. Ik heb de afgelopen jaren mijn best gedaan om alle Windows laptops en PC’s de deur uit te krijgen en prachtige, goedwerkende en snelle Mac apparatuur naar binnen te slepen, maar afgelopen weekend werd ik met de keiharde realiteit geconfronteerd: serieus gamen wil niet op een Mac. Zoonlief, al maanden in de weer om de handigste weetjes via YouTube uit z’n hoofd te leren, kreeg eindelijk zijn felbegeerde exemplaar van Ark Survival Evolved onder Steam. Een, ik moet zeggen, prachtig spel dat met fotorealistische weergave een stoere ‘survivor’ moet helpen om dino’s te bedwingen. In een server-gebaseerde wereld die volledig door medespelers wordt bevolkt. Gemaakt met de Unreal Engine. Kortom: liep voor geen meter op de Mac mini en, daar treurde ik nog het meest om, ook niet vooruit te branden op mijn MacBook Pro Retina met GeForce GT 650M videokaart.

Screenshot Ark

Een game PC dan maar. Het is al weer een paar jaar geleden dat ik van PC’s bouwen mijn hobby had en ik heb maar es de stand van zaken van het heden uitgezocht. Checklist:

  • Snelste videokaart
  • Snelste CPU
  • Bijpassend, zo compact mogelijk moederbord
  • Veel snel geheugen
  • SSD opslag
  • Mooie compacte behuizing met voldoende koelmogelijkheden
  • Voeding en koeling
  • Besturingssysteem

Snelste videokaart

Gaan we niet per sé voor de beste weergave voor 4K pixels, dan zit de Nvidia GTX 970 in het top-segment, gevolgd door de meer betaalbare AMD Radeon R9 380. Voor 4K-weergave zou de GTX 980 beter zijn. De 970-kaart met de meeste positieve reviews is de MSI GTX 970 GAMING 4G.

msi-gtx_970_gaming_4g_3-4s_flat

Overigens levert ook deze videokaart voor Ark ‘slechts’ een goede weergave met 30 fps in de stand ‘high’, voor de ultieme prestaties (60 fps in de stand ‘epic’) zijn er twéé van deze videokaarten nodig.

Deze videokaart heeft afmetingen 269x141x35mm. Wel iets om rekening mee te houden bij de keuze van een behuizing: vooral de lengte kan voor sommige compacte kasten misschien kritisch worden.

Snelste CPU

Op dit moment is de snelste Intel familie van CPU’s de 6e-generatie Skylake serie, bestaande uit een i7 en i5 met elk 4 kernen. Het verschil tussen beide is dat de i7 8 threads gelijktijdig verwerkt, de i5 doet er 4. Voor gamen is de CPU niet gauw de bottleneck, maar de i7 (en dan specifiek de 6700K) is ontegenzeggelijk het snelst, de i5 (de 6600K) volgt als een goede tweede.

Intel Core i7-6700K and Core i5-6600K

Met een i5 of i7 is beide in Ark ongeveer 30 fps bij ‘high’ graphics te halen; pas met twee videokaarten is mogelijk de snelste CPU nodig. Beide CPU’s vereisen een socket 1151 moederbord.

Bijpassend, zo compact mogelijk moederbord

Een socket 1151 moederbord heb je in verschillende soorten en maten. De videokaart past op alle en alle moederborden zijn voorzien van de nodigde USB, netwerk en audiovoorzieningen. De afmetingen van moederborden zijn gestandaardiseerd.

moederbord

Ik voel het meest voor een mini-ITX formaat: de videokaart past daar prima op en ook de CPU heeft alle ruimte. En met het kleine formaat kun je dan een mooie compacte PC bouwen. Echter, er zitten beperkingen aan dit type moederbord: er is maar één slot voor een videokaart. En da’s jammer, ik voorzie de behoefte om er termijn een tweede videokaart bij te prikken. De beste mini-ITX is de ASROCK Z170 GAMING-ITX/AC.

Veel snel geheugen

Het moederbord ondersteunt twee DDR4 geheugenmodules. 16GB is wel zo’n beetje standaard voor een gaming PC (en voor eigenlijk iedere moderne computer). DDR4 geheugen komt met de fantasienamen die je bij game PC’s verwacht: ‘HyperX Fury’, ‘Ballistix Sport’ en ‘Vengeance’. Ik zie veel gamers gebruik maken van een setje van Kingston, de Kingston HyperX Fury HX421C14FBK2/16. Twee modules van elk 8GB.

kingston_hyperx_fury_ddr4

SSD opslag

Een SSD (‘solid state drive’) had ik ook al in iedere Mac die we in huis hebben gehaald: die zijn zoveel sneller dan een HDD dat er geen discussie mogelijk is of er wel of geen SSD in de game PC moet. De beste lijkt de Samsung 850 EVO. Meer dan zeg 250 GB hoeft er niet in: we slaan tegenwoordig alleen het OS en programma’s op de lokale ‘schijf’ op.

Mooie compacte behuizing met voldoende koelmogelijkheden

De behuizing mag voor mij wel zo compact mogelijk zijn, zolang alle onderdelen er maar inpassen en er voldoende koeling mogelijk is. Er zijn voldoende opties, dit zijn mijn favorieten:

  • Fractal Design Node 304; een behuizing van 25x21x37cm, verkrijgbaar in wit en zwart. Lang genoeg voor een grote videokaart en groot genoeg voor het moederbord, een grote voeding, SSD en een grote CPU-koeler
  • Cooler Master Elite 130: afmetingen 24x21x40cm en een maximale videokaartlengte van 34,3mm

fractal

Voeding en koeling

De gebruikte onderdelen nemen allemaal stroom op en stoken het meeste daarvan in warmte op. Wat gebruiken de onderdelen zoal (maximaal)? Een kleine 300 watt tesamen. Laten we zeggen dat er minimaal 500 watt nodig is.

  • Intel i7 6700K: 130 watt
  • MSI GTX 970: 145 watt
  • ASROCK Z170 GAMING-ITX/AC:
  • Kingston geheugen: da’s volledig mistig. ‘Very power efficient’
  • SSD: 3,5 watt

Een Corsair Builder CX500 Bronze niet-modulaire ATX voeding van 500 watt (150x86x140 mm) zou heel goed kunnen voldoen. Voor de Cooler Master Elite 130 maken de afmetingen van de voeding niets uit; voor de Fractal Design Node 304 is dat wel van belang. De lengte van de voeding en de voedingskabels kunnen gemakkelijk conflicteren met de langere videokaarten. In dit YouTube filmpje is te echter zien dat een Corsair CX430 samen met een Sapphire Radeon HD4870 videokaart past. De CX430 heeft afmetingen 150x86x140 mm, de HD4870 heeft afmetingen 266x112x34 mm: dat komt aardig overeen met de CX500 en GTX 970 respectievelijk.

Voor wat betreft de koeling van de CPU: daar is vooral rekening te houden met het afgegeven vermogen, de maximum temperatuur en de afmetingen. De i7 verstookt 130 watt, de temperatuur zou niet boven de graad of 70 moeten komen en de mogelijke afmetingen in een compacte behuizing zijn beperkt. In het geval van de Fractal Design Node 304 is er boven de CPU genoeg ruimte; bij de Cooler Master Elite 130 zit de voeding boven de CPU en is de beschikbare ruimte erboven zo’n 75 mm. Daar zijn overigens best handige koeloplossingen voor, zoals de Zalman CNPS8900 Quiet van 65 mm, Scythe Kozuti van 42 mm of Cooler Master GeminII M4 van 44 mm.

Bill-of-Material

In een compromisloze samenstelling zit een Intel i5, geen i7. In de testen van AnandTech blijkt de i5 bij een snelle GPU een licht betere performance te geven dan de i7. Het prijsverschil is ongeveer 125 euro.

Omschrijving Prijs
Moederbord ASROCK Z170 GAMING-ITX/AC 199,90
Processor Intel i7 6700K met integrated graphics 375,00
Werkgeheugen 16GB Kingston HyperX Fury HX421C14FBK2/16 90,90
Opslag SSD 250GB Samsung 850 EVO 250GB 84,90
Behuizing 25x21x37cm Fractal Design Node 304 79,90
Netvoeding niet-modulair ATX 500 watt Corsair Builder CX500 Bronze 64,80
CPU koeling Zalman CNPS8900 (laag) of Cooler Master Hyper 103 EVO (hoog) 30,00
Videokaart MSI GTX 970 GAMING 4G 368,50
Totaal 1288,90

Rationale

Stel, je gebruikt een game PC voor andere toepassingen, zoals Microsoft Office of internet browsen. Werkt dat wel? Nou, dat zou zelfs heel goed moeten werken. Microsoft Office is gebaat bij veel werkgeheugen, een snelle processor en (PowerPoint animaties) een snelle videoweergave. Check, check en check. Internet browsen is gebaat bij een snelle internetverbinding en een snelle videokaart. Dat laatste zit wel snor, het eerste kan de game PC niet verhelpen.

Is het dan niet voordeliger om een PS4 of Xbox One te kopen? Die zijn voor rond de 400 euro op de markt. Tja.

Het bouwproces


Meer informatie:

De Dungeon Siege dungeon crawler role playing adventure game

Dungeon Siege is een computerspel uit het genre role playing game. Het werd geproduceerd door Gas Powered Games, in 1998 opgericht door spelontwerper Chris Taylor. Microsoft Game Studio’s bracht de Windows versie in 2002 uit en MacSoft een klein jaar later de (PowerPC, niet Intel) Mac versie. In Dungeon Siege speelt de speler de rol van een boer in een bosrijk landschap op het continent Aranna. Zijn beste vriend komt kruipend naar zijn landgoed en sterft daar. Om te achterhalen wat er gebeurd is, ga je als speler op pad door het hele koninkrijk Ehb, waardoor je uiteindelijk bij het kasteel uitkomt waar de koning gezeteld is. De koning is gevangen en het kasteel is overgenomen door een duivels volk genaamd de Sekh. Het doel van de speler is om de Sekh en hun leider Gom te verslaan en zo weer vrede te brengen in het koninkrijk.

Dungeon_Siege_Original
Prachtige landschappen en spannende avonturen in Dungeon Siege

Dungeon Siege is een fantastisch avontuur door een uitgebreid scala aan realistische landschappen, gebouwen en grotten. Je komt veel monsters en andere wezens tegen die gaanderweg sterker worden, maar dat word jij ook. Je kunt je specialiseren in handwapens, magie of beide en hebt alle mogelijkheden om die vaardigheden in de praktijk te brengen. De hele queeste door het spel, met alle wandelingen en gevechten, neemt ongeveer 20 tot 30 uur in beslag.

In de afgelopen jaren zijn er enkele opvolgers uitgebracht maar omdat de Mac versie sinds de overgang op Intel CPU’s niet meer werkt heb ik daar een tijdje geen aandacht aan besteed. Vorige maand kwam ik in het kader van retromaand 2015 een versie uit 2006 voor de Playstation Portable tegen, getiteld Dungeon Siege: Throne of Agony.

In Dungeon Siege: Throne of Agony worden mensen en elven aangevallen door monsters, aangespoord door een slechterik genaamd de Black Druid. De speler moet aan vele verschrikkingen het hoofd bieden voordat de strijd kan worden aangegaan met de Black Druid zelf. Het blijkt dan dat de werkelijke vijand de Vagar zijn, een ras van wrede wezens waar de Black Druid lid van was. De gevallen koningin van dit ras is Malith, die zetelt op een troon met verschrikkelijke krachten, de Throne of Agony. De speler moet uiteindelijk Malith verslaan en de toekomst van de Throne of Agony bepalen.

Titel Jaar Platform Producent
Dungeon Siege 2002 Windows; Mac Microsoft Game Studios; MacSoft
Dungeon Siege: Legends of Aranna 2003 Windows Microsoft Game Studios
Dungeon Siege II 2005 Windows Microsoft Game Studios
Dungeon Siege II: Broken World 2006 Windows 2K Games, Inc.
Dungeon Siege: Throne of Agony 2006 Playstation Portable 2K Games, Inc.
Dungeon Siege III 2011 Playstation 3; Xbox 360; Windows Square Enix, Inc.
Dungeon Siege III: Treasures of the Sun 2011 Playstation 3; Xbox 360; Windows Square Enix, Inc.

Dungeon Siege: Throne of Agony is speciaal voor de PSP geschreven. Het scherm van een PSP is flink kleiner dan dat van een PC en de bediening, door het ontbreken van muis en toetsenbord, noodzakelijkerwijs een stuk eenvoudiger. De PSP-versie van het spel is daarom versimpeld, maar ademt nog steeds de oorspronkelijke Dungeon Siege-sfeer uit. De begeleidende muziek en geluidseffecten helpen daarbij.

Dungeon Siege: Throne of Agony is, in tegenstelling tot de Windows varianten, geen lineair spel. In plaats van het volgen van één lang pad (met soms wat zoekwerk door een kasteel of grottenstelsel) gaat de speler in Dungeon Siege: Throne of Agony vanuit een wereld-weergave naar verschillende locaties, die onderling zijn verbonden met portalen. Iedere locatie kent meerdere opdrachten en na het vervullen van een opdracht komen er nieuwe locaties en personages beschikbaar. Het is even wennen. Kon je met het lineaire spel nog een keer een opdracht overslaan, nu moet je een opdracht op een locatie helemaal afmaken, anders kom je niet ver. Heeft voordelen, maar ook nadelen. De locaties zelf zijn vaak ook niet helemaal lineair (grote bossen met meerdere looproutes) en er is, anders dan het ontbreken van reeds verslagen monsters, geen visuele indicatie van de paden die je al hebt gelopen. Hierdoor dwaal je nogal eens rond. Bij het bewaren van het spel worden wel al je voorwerpen en ervaringen bewaard, maar bij het laden word je aan het begin van de locatie neergezet en alle verslagen monsters kun je dan weer opnieuw te lijf.

Ik moest ook wennen aan de gefixeerde camerapositie (in de oorspronkelijke Dungeon Siege kon je fijn in- en uitzoomen en rondkijken), die na een uurtje spelen toch wel prima blijkt te werken. Na dat uurtje beginnen ook de locaties en het spelmechaniek bekend te worden en word je als speler ‘in het spel gezogen’.

Er zitten enkele fouten in het spel. Zo bleef het hoofdfiguur in één van de beginlocaties vastzitten tussen een boom en een muur en ik kon hem met geen mogelijkheid meer loskrijgen. Ook hing het spel een keer in een gevecht. De oorspronkelijke Dungeon Siege had dit ook: daar herstartte Windows soms op een onverwacht moment. Verder is het laden van UMD (want de PDP heeft een miniatuur DVD-spelertje ingebouwd) soms echt even wachten, hoewel dit veelal op logische momenten gebeurt. Al met al ben ik echter heel content met Dungeon Siege: Throne of Agony. En de pas-ontdekte PSP, die met hele verzamelingen spellen in grote mate op Marktplaats en eBay wordt gedumpt. Let erop dat je een 3004 koopt, bij voorkeur bewaard in een hardcase.


Meer informatie:

DJI Phantom 2 RPAS externe uitbreidingspoort maken

De DJI Phantom 2 is volgens de Nederlandse regelgeving een RPAS, een ‘Remotely Piloted Aircraft System’. Ik maak hiervan hobbymatig gebruik met een recreatief doel en val daarom onder de Regeling Modelvliegen uit 2005. Die regelgeving staat het gebruik van camera’s en dergelijke toe, zodat mijn ‘P2’ dan ook is voorzien van een actiecamera en XY-gimbal. Op die manier kun je leuke filmpjes maken, maar een actiecamera is niet altijd de meest geëigende manier om te fotograferen: voor een hele goede luchtfoto heb je andere apparatuur nodig. Om alle voorzieningen onder de P2 gemakkelijk te kunnen wisselen heb ik een externe uitbreidingspoort gemaakt, waaraan de verschillende apparaten gekoppeld kunnen worden.

IMG_7164
16-polige uitbreidingsplus met alle verbindingen die binnenin de Phantom 2 beschikbaar zijn

Aan de buitenkant heb ik gekozen voor een 16-polige header, die met een stukje regenboogband met het binnenwerk is verbonden. Binnenin zitten een aantal relevante systeemdelen waar verbinding mee gemaakt kan worden:

  • De DJI iOSD vluchtvisualisator, die vluchtgegevens over een analoog videobeeld heen kan superponeren (4 pinnen)
  • De P2 CAN-bus, waarover alle vluchtgegevens worden gecommuniceerd en die ook voor de stroomverzorging (7,2 volt) kan zorgen (4 pinnen)
  • Een servo-aansluiting F1 waarmee de kijkhoek (‘pitch’) van een camera kan worden ingesteld middels een hendeltje op de afstandsbediening (3 pinnen)
  • Een servo-aansluiting F2 waarmee de horizon (‘roll’) van een camera kan worden ingesteld (3 pinnen). De standaard afstandsbediening heeft hiervoor geen bediening, maar losse afstandsbedieningen vaak wel.

IMG_7163
Indeling van de uitbreidingspoort, hopelijk met een handige indeling

Ik heb geprobeerd het geheel enigszins handig in te delen, zodat je bij gelegenheid gemakkelijk een stekkertje kunt wisselen. Er is op dit moment slechts één pin waarop de accuspanning van de P2 staat: de + van de CAN-bus. Dat is nog niet heel handig en wie weet dat ik de twee vrije pennen links van de plug hiervoor ga gebruiken.

DJI iOSD vluchtvisualisator (pennen 1, 2, 3 en 4)

De DJI iOSD vluchtvisualisator is via een CAN-bus aangesloten op de Naza vluchtcomputer van de P2 en ontvangt hierdoor alle vluchtgegevens. Het apparaat bevat een eigen computer die de vluchtgegevens omzet in een analoog videobeeld. Indien aangeboden wordt dit videobeeld over een ander videobeeld heengeprojecteerd. Op die manier kunnen vluchtgegevens over het beeld van een videocamera worden getoond. De iOSD heeft vier aansluitingen: GND (1), video-out (2), GND (3) en video-in (4).

IMG_7158
iOSD met de video in- en uitgangen. Let op de lassen die met een witte en een gele krimpkous zijn afgeschermd: hier is de regenboogkabel verbonden met de oorspronkelijke interfacekabel

P2 CAN-bus (pinnen 5, 6, 7 en 8)

De CAN-bus voert de digitale informatie binnenin de P2. Hierover loopt o.a. de communicatie tussen de Naza vluchtcomputer. Naast digitale informatie voert de CAN-bus ook de voedingsspanning.

IMG_7162
CAN-bus, herkendbaar door de geel-bruin-rood-bruin bandkabel

Vervangen van een glaslat door een kenniswerker met twee rechter handen

In de categorie ‘hoe maak je een halve instructable’, deze set foto’s die laten zien hoe je eenvoudig een glaslat verwijdert. De bedoeling was om van de volgende stappen (plakken isolatieband, vasttimmeren, kitten) ook een foto te maken maar helaas liet de accu van de iPhone dat niet meer toe. Nou, half is ook mooi.

Ontbrekende foto’s:

  • Plak isolatieband achterop de glaslat op 3 mm van de bovenkant van de glaslat
  • Spijker de glaslat op zijn plaats
  • Breng beglazingskit aan
  • Spuit het hele gebied onder een 2/3-1/3 water-afwasmiddelmix
  • Gebruik een spatel om de kit strak af te schrapen
  • Laat de kit tenminste 24 uur drogen
  • Maak de lat en omgeving schoon met lauwwarm water
  • Laat het geheel drogen
  • Schuur de glaslat licht op met korrel 320
  • Maak het geheel stofvrij met een borstel
  • Maak het geheel schoon met terpentine
  • Lak de glaslat af

Het is onvoorstelbaar hoeveel losse handelingen het vervangen van een glaslat behelst. Ik heb er nog een paar te doen dus ik verwacht de resterende foto’s nog wel eens te maken.

Maakfestival 2015 – ATtiny85 schakelingen

Deze pagina is ook te bereiken via http://tinyurl.com/omd9vlm

 Deze pagina legt het gebruik van de ATtiny85 microcontroller uit aan bezoekers van het Maakfestival in Groningen op zondag 12 april 2015. We stonden daar met diverse handgemaakte elektronische schakelingen, om aan de bezoekers te laten zien hoe deze hobbymatig kunnen worden toegepast. 

Wat doen jullie precies?

We maken in onze ‘maak hobby’ veelvuldig gebruik van een ATtiny85, een kleine computer-op-een-chip waar je van alles mee kunt meten en aansturen. Omdat we zoveel verschillende schakelingen bedacht en beschikbaar hadden, vonden we het een leuk idee dit met andere mensen te delen. Het Maak Festival in Groningen was daar een mooie gelegenheid voor.

Uitlegkaart
Informatiebrochure die we op het Maakfestival verspreidden

Onze stand werd veelbezocht. De lichtjes, bewegingen en geluid trokken ook de allerjongste deelnemers en het doet ons plezier te melden dat alle schakelingen het hebben overleefd!

IMG_3391
De doelgroep bestond uit jong en oud, waarbij we jong motiveerden om vooral lekker overal aan te zitten

Hieronder een aantal van de ’tiny’ schakelingen die we tentoonstelden.

Wat is nou zo’n ATtiny85?

Atmel ATtiny85
Twee Atmel ATtiny85 chips

Hiernaast staan twee afgebeeld. ’20PU’ staat voor het model, er zijn verschillende uitvoeringen in de handel, ook bijvoorbeeld een in nog veel kleinere SMD verpakking. Dit specifieke model ‘draait’ naar wens op 1MHz of 8MHz. Het leuke van een ATtiny is, dat zes van de acht pinnen volledig naar eigen wens kunnen schakelen, sturen, pulsen, lezen, meten en wat je nog meer kunt verzinnen. Het kleine chipje heeft hiertoe een CPU, geheugen, timers en wat nog meer. In de software kan dat allemaal ‘aan elkaar geknoopt’ worden met een programmaatje in de programmeertaal ‘Processing’. Je programmeert een ATtiny met een Arduino.

Welke schakelingen hebben jullie bedacht?

We hebben meer schakelingen bedacht dan we hebben getoond. Hieronder een lijst van schakelingen die we met een ATtiny hebben gemaakt. Veel van die schakelingen behoeven wat knip-en-plak (of 3D-print) werk om er het meeste uit te halen:

NrNaam schakelingWerking
1Automatisch fietsachterlichtATtiny85 met lichtgevoelige weerstand (LDR) en transistor schakelt het achterlicht in bij vallende duisternis.
2GeluidenmakerATtiny85 maakt retro geluiden als de schakelaar even wordt ingedrukt
3DeurbelschakelaarEen deurbelschakelaar is met een ATtiny85 verbonden, die bij het indrukken van de schakelaar de bel laat overgaan. Bij kort of lang drukken wordt een even lange tijd gebeld en herhaald bellen wordt afgestraft
4DraadspelVolg de metaaldraad tot het eind. Als de metaaldraad wordt aangeraakt, gaat een lichtgevende diode (LED) branden
5ZenderDruk op de schakelaar om een radiografisch signaal te geven
6OntvangerBij een radiografisch signaal gaat de lichtgevende diode branden
7LooplichtATtiny met zes lichtgevende diodes die om en om branden voor een looplicht effect. Verschillende effecten wisselen elkaar om
8BlinkEen ATtiny85 laat een lichtgevende diode met een frequentie van 1 Hz knipperen
9GloeiwormATtiny85 met lichtgevende diode die met behulp van pulsbreedte-modulatie in de software langzaam van helderheid verandert
10Toonhoogte regelingEen potentiometer die door een ATtiny85 wordt uitgelezen, regelt de toonhoogte. Na een seconde stopt het geluid
11Toonhoogte regeling met LDREen lichtgevoelige weerstand die door een ATtiny85 wordt uitgelezen, regelt de toonhoogte. Geluid gaat uit als de LDR niet meer wordt afgedekt
12ToongeneratorMet een drukschakelaar kunnen drie verschillende golfvormen worden gekozen. Met een andere drukschakelaar kan het geluid aan- en uitgeschakeld worden
13RegenboogEen ATtiny85 wordt gebruikt om met een kleuren lichtgevende diode (RGB LED) bij iedere druk op de knop een andere kleur te geven
14HoekinstellerMet een potentiometer kan een miniatuur modelbouwservo worden ingesteld. Een ATtiny85 leest hiervoor de weerstandswaarde in en stuurt een pulsbreedte gemoduleerd signaal naar de servo
15LichtzoekerTwee lichtgevoelige weerstanden op een stokje worden met een ATtiny85 uitgelezen, die een modelbouw servo richt op het sterkste lichtsignaal
16Useless machineMet een drukknop wordt een servo aangezet, die de schakeling weer uitzet
17TemperatuurmeterEen ATtiny85 leest de omgevingstemperatuur met een LM35 temperatuursensor uit en stuurt een modelbouw servo aan voor de uitlezing
18VU meterHet signaal van een electret microfoon wordt versterkt met een LM386 versterker. Het versterkte signaal wordt met een ATtiny85 als VU meter met 6 lichtgevende diodes (LEDs) weergegeven
20Flakkerende kaarsEen helderwitte lichtgevende diode (LED) wordt met een ATtiny85 als een soort van kaarsje aangestuurd
21Na-aperDruk op de schakelaar om een patroonopname te starten. Gedurende 2 seconden worden dan de drukken op de schakelaar opgenomen en vervolgens weergegeven met een lichtgevende diode (LED)
22Codeslot met klopsignaal (2 schakelingen, wedstrijdje algoritmen)Geef het juiste klopsignaal op het houten plankje om het slot te openen. (Bij inschakelen gaat het slot open en kan eenmalig een code ingetapt worden)
23TaplichtGeef een tikje op het houten plankje om een lichtgevende diode (LED) te laten flitsen
24DeuralarmEen ATtiny85 leest continue een magneetgevoelige schakelaar uit. Zodra de deur geopend wordt gaat een alarm af
25SpectrometerMet verschillende kleuren LEDs en een lichtopnemer bepaalt een ATtiny85 welke vloeistof wordt gedetecteerd en geeft dit op een display aan
26TemperatuurloggerEen ATtiny85 meet iedere minuut de temperatuur en schrijft deze weg op een SD kaartje die later in een computer uitgelezen kan worden. Bij het schrijven brandt de LED
28StopwatchEen serieel LED-display wordt door een ATtiny85 aangestuurd als stopwatch. Twee drukschakelaars worden gebruikt als start-stop en resetknoppen
29Tijdpoort voor zwaartekrachtmetingenEen kunststof buis is voorzien van twee lichtsluisjes. Als een voorwerp de eerste sluis passeert start een teller, die stopt als de tweede lichtsluis wordt gepasseerd. De tijd wordt op een serieel LED-display getoond
30Mini SimonHerhaal het licht- en geluidspatroon dat na iedere ronde langer en sneller wordt. Na een foute herhaling gaat de schakeling in slaap
Tabel met schakelingen met een ATtiny85

Hieronder vind je een schematische weergave van de ATtiny85 met de aansluitpennen en de mogelijke functies ervan.

ATtiny85 aansluitingen
Aansluitschema van de ATtiny85 chip

ATtiny84 drop-in vervanger voor Parallax BASIC Stamp 1 voor gebruik in de Lego BASIC-Buggy uit 1999

De BASIC Stamp 1 van Parallax is een kleine single board computer met een PIC16C56A microcontroller die bij de introductie in 1992 vooral werd gebruikt om in studenten en hobbyisten bekend te maken met de mogelijkheden en de werking van microcontrollers. De BASIC Stamp 1 werd uitgebracht met een uitgebreide experimenteerhandleiding met veel toepassingsvoorbeelden.

De Parallax BASIC Stamp 1 (afbeelding Parallax)

Werken met de BASIC Stamp 1

De microcontroller was door Parallax voorzien van PBASIC 2.5, een BASIC dialect met taaluitbreidingen voor het gebruik van de hardwarevoorzieningen van de Stamp. Deze vroeger populaire maar nu wat in vergetelijkheid geraakte programmeertaal werd door Parallax goed ‘verkocht’, met omschrijvingen als “program execution is a single process from top to bottom, making it easy to follow and understand” en “the syntax is very clean and simple — no curly braces or semicolons required“, voorbijgaand aan in PBASIC missende concepten als functies en namespaces. Maar bonuspunten voor de poging deze retro programmeertaal weer wat op te vijzelen.

Schematische weergave van de Parallax BASIC Stamp 1 (illustratie Parallax)

De BASIC Stamp 1 bestaat uit een kleine printplaat van 35,8 x 10,2 mm, met hierop de volgende onderdelen:

  • PIC16C56A microcontroller in 20 pins SSOP behuizing
  • 93LC56 2K seriële EEPROM in 8 pins SOIC behuizing
  • TC54VN43 spanningsdetector in 3 pins SOT-23A behuizing
  • LM2936M-5 spanningsregulator in 8 pins SOIC behuizing
  • 4 MHz kristal
  • 4-voudige weerstandsarray
  • 15µF/10V elektrolytische condensator
  • 14 printpennen

Er zijn 8 I/O pinnen die voor diverse doeleinden kunnen worden gebruikt. De I/O pinnen zijn genummerd P0..P7 en worden ook zo in PBASIC geadresserd. Hiernaast zijn er twee aansluitingen voor de voedingsspanning: Vin voor spanningen tussen 5,5 V en 15 V en Vdd voor een vaste voedingsspanning van 5 V. Seriële communicatie vindt plaats via PCO en PCI. De stroomopname is 1 mA bij normaal gebruik en 25 µA in slaapstand.

Om de bruikbaarheid van PBASIC in te schatten een voorbeeldprogramma: met een op P7 aangesloten led kan deze met het volgende programma met tussenpauzen van 500 ms worden aan- en uitgeschakeld:

DO
  HIGH 7
  PAUSE 500
  LOW 7
  PAUSE 500
LOOP

Er is in de BASIC Stamp 1 ruimte voor in totaal 80 instructies, die in de 2K EEPROM worden opgeslagen. De verwerkingssnelheid is ongeveer 2000 instructies per seconde.

Lego BASIC-Buggy met BASIC Stamp 1

Ik heb een Lego BASIC-Buggy gemaakt, in 1999 door Elektuur gepubliceerd in haar aprilnummer. Het is het soort robotplatform dat ik in 1994 zelf had willen ontwerpen, als ik toen de beschikking had gehad over de Lego micromotoren en een BASIC Stamp 1. Als platform is het een uiterst minimalistisch geheel, met voldoende sensoren en actuatoren om het geheel ook als autonome robot een kans van slagen te geven. 80 instructies, de maximum capaciteit van de BASIC Stamp 1, is echter niet veel om een programma met een hoog ambitieniveau in te schrijven.

De Elektuur BASIC-Buggy met de BASIC Stamp 1

De ontwerper van de robot, Gerhard Nöcker, krijgt van mij de prijs voor het implementeren van precies de belangrijkste sensoren in een robot. Hoewel er met een beetje inspanning nog wel ruimte voor verbetering was geweest is er met het huidige hardwareplatform voldoende te beleven: tastsensoren in de vorm van twee microschakelaars, twee infraroodsensoren voor het meten van afstanden, twee lichtsensoren voor het vinden van lichtbronnen, een kleine pieper en alles gevoed met een 9 volt batterij, voldoende voor een paar uur actieradius. Het schema laat zien dat werkelijk alle I/O aansluitingen van de BASIC Stamp 1 worden benut:

Schema Elektuur BASIC-Buggy (schema Elektuur/Gerhard Nöcker)

Naast de BASIC Stamp 1 vinden we de volgende onderdelen:

  • Sharp IS471F OPIC Light Detector with Built-in Signal Processing Circuit for Light Modulation System
  • 78L05 spanningsregulator
  • L293D motor driver
  • 74HC04 6-voudige NOT-poort
  • 2 x lichtgevoelige weerstand
  • Buzzer

In het schema wordt de voedingsspanning aan Vin toegevoerd en wordt Vdd niet gebruikt. PCO en PCI worden naar buiten gevoerd middels een programmeerconnector. De RESET aansluiting wordt niet gebruikt. De I/O pinnen zijn als volgt toegepast:

  • P0, P1 en P2 zijn verbonden met de motorbesturing. P0 activeert hierbij beide motoren en P1 en P2 bepalen de richting ervan. Hoewel andere manieren mogelijk zijn, heeft de ontwerper bedacht dat P0 de snelheid van beide motoren regelt
  • P2 bestuurt de buzzer, met de in PBASIC beschikbare SOUND instructie
  • P3 en P4 zijn verbonden met de afstandsensoren, waarbij de sensoren worden ingeregeld om op ca. 20 centimeter afstand de pinnen logisch 1 te maken; de waarde hiervan wordt ingelezen met de in PBASIC beschikbare POT instructie
  • P5 en P6 zijn verbonden met de LDR’s en de waarde hiervan wordt ingelezen met de in PBASIC beschikbare POT instructie
  • P7 is verbonden met een weerstandsnetwerkje waarmee de stand van de microschakelaars wordt bepaald, eveneens met de POT instructie

De PIC16C56A microcontroller die op de BASIC Stamp 1 wordt gebruikt heeft geen ADC omzetters aan boord en gebruikt een andere manier om analoge signalen te bemonsteren. De PBASIC POT pin, schaal, variabele instructie geeft een variabele (0 – 255) terug die de hoeveelheid tijd weergeeft die nodig was om een condensator via een weerstand te ontladen. De pin moet worden aangesloten op één kant van de variabele weerstand, waarvan de andere kant via een condensator met aarde is verbonden. POT realiseert dit door de pin eerst voor 10 ms logisch hoog te maken zodat de condensator is geladen. De pin wordt dan als input ingesteld en POT start een timer. Als de RC-spanning beneden 1.4 V valt ziet de PIC16C56A dit als logisch laag en de timer wordt gestopt. De tijd wordt vervolgens vermenigvuldigd met schaal / 256 en de resulterende waarde wordt aan de variabele toegekend.

In het schema worden P3, P4, P5, P6 en P7 op deze manier toegepast. P0, P1 en P2 worden als digitale pinnen met PWM gebruikt.

Van BASIC Stamp 1 naar ATtiny84

De BASIC Stamp 1 is anno vandaag de dag niet meer heel praktisch, met een moeizame programmeerinterface en weinig programmageheugen. Ik voel veel meer voor een drop-in replacement met een ATtiny84 bijvoorbeeld, een 14-pins microcontroller met 12 I/O pennen en 8 kbyte aan programmageheugen.

Omdat de elektronische schakelingen die zijn verbonden met P3, P4, P5, P6 en P7 een afwijkend gebruik kennen, moet daar eerst een voorziening voor komen wil er sprake kunnen zijn van een drop-in replacement.

Rookbommen met ping-pong ballen, kaliumnitraat en sterretjes

Vroeger maakten we rookbommen met sterretjes in een PVC pijp. Zelf heb ik dat al jaren niet meer gedaan, maar met de kinderen zo groot dat ze wel in zijn voor een eindejaars-verzetje, heb ik me er afgelopen week maar eens in verdiept. Een ideale rookbom produceert een ontzettende hoeveelheid ondoorzichtige rook, zonder al te veel geur en bij voorkeur zonder al te veel schadelijke stoffen.

Hieronder enkele recepten voor een mooie rookbom, waarbij eigenlijk alleen het produceren van rook met droogijs aan alle eisen voldoet:

  • Pingpong-balletje in aluminiumfolie: bij de verbranding van het balletje ontstaat veel rook. Brand enkele seconden. Eenvoudige voorbereiding: pingpong balletje in aluminiumfolie draaien, met een potlood een rookkanaal maken en met een aansteker het geheel verwarmen
  • Kaliumnitraat, suiker en kaarsvet: de kaliumnitraat-suikermix brandt gemakkelijk en levert veel rook op. Met kaarsvet als versneller gemakkelijker verbranding en meer rook. Naast kaliumnitraat is een lont nodig. Kaliumnitraat wordt ook wel (kalie)salpeter genoemd en heet in het Engels potassium nitrate. Rookbommen maken van potassium nitrate is in Amerika een populaire bezigheid. Ook vaste raketbrandstof maak je van dezelfde ingrediënten. De bereiding kan op verschillende manieren: droog mixen en met een sterretje verpakken; mixen en oplossen in gesmolten kaarsvet: lont of sterretje erin; mixen en smelten boven een laag vuur: lont of sterretje erin
  • Ik weet nog niet helemaal hoe je hier rook mee kunt ontwikkelen, maar het genereren van het uiterst brandbare (en explosieve) waterstofgas moet toch ook kunnen leiden tot enorme hoeveelheden rook-zonder-vuur
  • Sterretjes en PVC buis: door de hitte van de verbranding van de sterretjes verbrandt het PVC ook en ontstaat een stinkende, dichte rook. De consensus is wel om de metalen delen van de sterretjes alvast te verwijderen, bijvoorbeeld met een combinatietang
  • Droogijs: de vaste variant van de prik in je frisdrank produceert een grote hoeveelheid onschadelijke witte rook, die geurloos is en volledig veilig kan worden opgeroepen. Droogijs wordt niet echt als product geadverteerd, maar is via het internet goed verkrijgbaar
  • Semi-professionele rookbom-met-ingebouwde-ontsteker: helemaal handig is een kant-en-klare rookbom, bedoeld voor festiviteiten zoals paintballen maar ook prima bruikbaar om je hele straat blauw te zetten. De Nico rookbom is via Amazon.de verkrijgbaar

On Screen Display

Mijn DJI Phantom 2 heeft een heuse navigatie- en besturingscomputer aan boord, die gebruikmaakt van gyroscoop, GPS, batterijspanning en instructies van de afstandsbediening om vier motoren aan te sturen. Deze navigatiecomputer, de Naza-M, heeft informatie over de positie en bewegingen van de quadcopter. Informatie die je als gezagvoerder eigenlijk bij de hand wilt hebben: het maakt het vliegen veiliger en doeltreffender als je weet waar de neus van de quadcopter heen wijst, en hoeveel batterijlading er nog resteert.

DJI heeft voorzien in deze behoefte met een kleine uitbreidingsmodule waarmee de informatie van de navigatiecomputer aan een videoverbinding kan worden toegevoegd: de DJI iOSD mini. Deze kleine module wordt middels een CAN-bus met de navigatiecomputer verbonden. Alleen de bedrading voor de videoverbinding vereist nog wat knutselwerk. Er is in de DJI Phantom 2 net voldoende ruimte naast de navigatiecomputer om de OSD module, met wat dubbelzijdige tape, permanent een handige plaats te geven. In de afbeelding hieronder is links de kleine zwarte OSD module te zien en rechts de oranje navigatiecomputer.

IMG_0293

De iOSD mini levert de volgende informatie op:

  • Accuspanning van de Phantom 2 in volt en percentage bedrijfsduur
  • Vertikale afstand tot de thuispositie in meters
  • Horizontale afstand tot de thuispositie in meters
  • Vluchtmodus (GPS, ATT, Manual)
  • Autopilot modus (Fail Safe, Ground Station, Go Home)
  • Pitch hellingshoek (neus omhoog of omlaag)
  • Roll kantelingshoek
  • Horizontale snelheid in meters per seconde
  • Aantal ontvangende GPS satellieten
  • Richting van de neus ten opzichte van de thuispositie
  • Vertikale luchtsnelheid
  • Kunstmatige horizon
  • Kompas status

IMG_0300